Meetnetontwikkeling

Om de populatieontwikkeling van wilde vogels over langere termijn te onderzoeken, zijn betrouwbare monitoringsprogramma’s essentieel. Sovon beheert en ontwikkelt al bijna 50 jaar hoogwaardige landelijke en provinciale meetnetten voor vogelonderzoek.

Inmiddels tellen meer dan 10.000 vrijwilligers voor een van de monitoringsprogramma’s van Sovon; van het langlopende Broedvogel Monitoringsproject (BMP), tot meer recent gestarte projecten als het Meetnet Urbane Soorten (MUS). In samenwerking met het CBS zorgen we voor een hoge betrouwbaarheid van de trend- en aantalsinformatie. De meetnetten zijn onderdeel van het Netwerk Ecologische Monitoring, waarin overheden en uitvoerende partijen samenwerken.

Toepassing

De gegevens uit de bestaande meetnetten vormen een schat aan informatie voor het beantwoorden van uw onderzoeksvragen. Ook is het mogelijk een meetprogramma op maat op te zetten, passend bij uw budget en vraag. Immers, informatievragen vanuit beleid en beheer veranderen voortdurend, net als de motieven en voorkeuren van onze waarnemers. De uitdaging is om beide goed op elkaar af te blijven stemmen. Koppeling met landelijke meetnetten is daarbij ons streven, om te zorgen voor een maximale kruisbestuiving.

Gegevens uit de meetnetten van Sovon zijn bruikbaar voor onder andere:

  • Evaluatie beleid: Rode Lijst, invasieve soorten, indicatorsoorten
  • Gericht onderzoek voor beschermingsprogramma’s
  • Beoordeling effecten van ingrepen rondom Natura2000 gebieden
  • Beheeradviezen

Tellen in stad en akkers

Vanwege extra beleidsvragen rondom stadontwikkeling en beheer van het boerenland hebben we in 2007 respectievelijk 2009 de nieuwe meetnetten MUS (meetnet urbane soorten) en MAS (meetnet agrarische soorten) opgezet. Door de relatief beperkte tijdsinspanning en eenvoud van de telmethode (punttellingen), is het voor vrijwilligers aantrekkelijk om aan de slag te gaan in deze gebieden met minder vogels dan in natuurgebieden.