Koereiger verovert Nederland
De kans is groot dat je de laatste jaren al een aantal keer een Koereiger in Nederland hebt gezien. De soort heeft zich bij ons ontwikkeld van dwaalgast tot een echte jaarvogel.
De Koereiger is een zeer mobiele soort. Met name buiten de broedtijd kan de soort enorme afstanden afleggen naar geschikt voedselgebied. Dankzij deze zwerflust is de Koereiger in de vorige eeuw begonnen aan een danige uitbreiding van het verspreidingsgebied. De soort heeft inmiddels ook in Nederland vaste voet aan de grond gekregen, met een recordaantal broedparen in 2024.
Kuddedier
De Koereiger is van oorsprong een Afrikaans-Aziatische soort. Van alle reigers is de Koereiger het minst aan water gebonden. De soort heeft de onderscheidende gewoonte om grote hoefdieren te volgen; regelmatig stappend, afgewisseld met uitvallen naar opvliegende insecten. Deze jachtwijze is effectiever in de buurt van een kudde dan wanneer de vogel alleen voedsel zoekt.
Atlantische Oceaan
In de jaren dertig van de twintigste eeuw stak de Koereiger zelfstandig de Atlantische Oceaan over. De eerste waarnemingen op het Amerikaanse continent werden nog afgedaan als mogelijk ontsnapte vogels, want de Koereiger wordt wereldwijd veel in gevangenschap gehouden. Echter in 1937 werd in Brits-Guiana een exemplaar verzameld waarvan vaststond dat deze van wilde herkomst was. Tien jaar later, in de periode 1947-1948, stelde de Nederlandse ornitholoog Haverschmidt vast dat de Koereiger in buurland Suriname al een gewone verschijning was geworden. De Koereiger profiteerde in Zuid-Amerika van nieuw ontstaan leefgebied: de kapvlaktes als gevolg van ontbossing.
Wereldveroveraar
De kolonisatie van Amerika verliep snel in alle windrichtingen. In 1953 werd voor het eerst een broedgeval vastgesteld in Florida en in 1962 in Ontario in Canada. In de loop van de jaren 60 en 70 bereikte de Koereiger Vuurland in het uiterste zuiden van Zuid-Amerika. Rond deze tijd begon ook de uitbreiding van het leefgebied in Europa. In de negentiende eeuw waren Europese broedgevallen nog uitsluitend voorbehouden aan Andalusië. In 1930 vestigde de soort zich in het zuiden van Portugal. In naoorlogse vogelgidsen stond de soort nog te boek als ‘broedvogel van Zuid-Spanje en Portugal’ met als toevoeging ‘dwaalgast in de rest van het Middellandse Zeegebied’. Maar daar kwam in hoog tempo verandering in.
Na een reeks mislukte broedpogingen vond in 1969 het eerste succesvolle broedgeval plaats in Frankrijk. In de Camargue brachten twee paren negen jongen groot. Tien jaar later – in 1979 – ging het alleen in de Camargue al om 323 broedparen. Door streng winterweer in januari 1985 zakte de prille populatie in tot 74 broedparen, maar ondanks dit dipje zette de groei in razend tempo door naar 3540 broedparen in 1996.
Uitbreiding
De Camargue diende als springplank voor de rest van het continent. Vanaf 1981 ging de soort ook elders in Frankrijk broeden en in 2014 telde de gehele Franse broedpopulatie al 12.000 paren. In 1985 maakte de Koereiger de overstap naar Sardinië en vandaar naar het vasteland van Italië, waar de soort inmiddels wijdverbreid voorkomt. Alle andere Middellandse Zeelanden volgden. In Europa is de Koereiger momenteel, na de Blauwe Reiger, de algemeenste reiger.
Ondersoort
De Koereiger breidde zich niet alleen uit vanaf het Afrikaanse continent, ook de populatie in Azië nam een vlucht. Het gaat hier om de ondersoort coromandus, die tegenwoordig ook wel als aparte soort wordt beschouwd; de Oostelijke Koereiger. Inmiddels komt de Koereiger voor op alle bewoonde continenten. In sommige landen is de reiger zo algemeen geworden dat deze beschouwd wordt als een plaagdier. De uitbreiding van de Koereiger wordt toegeschreven aan de wereldwijde uitbreiding en intensivering van de landbouw, met name het groeiend oppervlak agrarisch grasland en geïrrigeerde gewassen, zoals rijstvelden. Bovendien speelt temperatuur een belangrijke rol in het voorkomen van Koereigers. Opwarming van de aarde blijkt gunstig te zijn voor met name de noordwaartse uitbreiding van het verspreidingsgebied. Tegelijkertijd is op korte termijn een aantalsafname vastgesteld op het Iberisch schiereiland als gevolg van de droogte.
Hoe gaat het in Nederland?
In Nederland is, net als elders in de wereld, de verspreiding buiten de broedtijd veel ruimer. Met name in de nazomer kunnen Koereigers worden gezien in alle provincies, vooral in Laag-Nederland en het Rivierengebied. Soms komen groepen van tientallen individuen voor. Op een slaapplaats in Polder Jantjesplaat in de Biesbosch werden in september 2023 maximaal 63 exemplaren geteld. Tijdens slaapplaatstellingen van zilverreigers in oktober 2023 werden op 15 van 190 getelde slaapplaatsen ook Koereigers waargenomen.
Lange afstanden
Tijdens deze slaapplaatstellingen valt de grote mobiliteit van de soort op. De ene nacht kan een groep op de ene plek slapen, de volgende nacht ergens anders. Tussen 1 september en 31 maart werden op dertig verschillende slaapplaatsen één of meer Koereigers waargenomen (figuur 1). Dit maakt het lastig om een goede aantalsschatting te maken. Bovendien slaapt een deel van de Nederlandse vogels waarschijnlijk in België. Hier liggen enkele zeer grote slaapplaatsen van vele honderden Koereigers in De Blankaart en in de kleiputten van Wenduine. Laatstgenoemde ligt hemelsbreed slechts 21 kilometer vanaf de Nederlandse grens. Uit het oorspronkelijke leefgebied in Afrika zijn slaapvluchten bekend van wel zestig kilometer. In de Zeeuwse delta worden overdag veel meer Koereigers waargenomen dan tijdens slaapplaatstellingen en langs de kust bij Cadzand is slaaptrek waargenomen waarvan vermoed wordt dat de vogels van de slaapplaats in Wenduine komen.
Eerste broedgevallen
De eerste broedpoging van de Koereiger in ons land was al in 1998 in De Wieden. Deze poging mislukte in de jongenfase. Nederland ligt op de uiterste noordgrens van het verspreidingsgebied van de Koereiger. Alleen in het Verenigd Koninkrijk, waar de soort sinds 2017 zeker broedt, zijn broedgevallen op dezelfde geografische hoogte vastgesteld. Pas in 2021 vond het eerste succesvolle broedgeval plaats en sindsdien broedt Koereiger jaarlijks in Nederland. In 2021 en 2022 werd door drie paren gebroed in De Wieden. In 2023 telde onze broedpopulatie vijf paren: in De Wieden (4) en op de Sasseplaat (1). In 2024 gaat het al om 29 tot 31 broedparen verdeeld over maar liefst zes kolonies (figuur 2).
De Koereiger blijkt een blijvertje in Nederland en het lijkt erop dat de grote aantalsexplosie die bekend is uit andere delen van de wereld in ons land op het punt staat te gebeuren.
Meer van dit soort artikelen lezen? Word lid!
Dit artikel verscheen in het septembernummer van Sovon-nieuws. Sovon geeft vier keer per jaar het Sovon-nieuws uit. Het blad vormt een belangrijk medium waarmee we onze leden voorzien van onder andere verenigingsnieuws, eerste resultaten uit projecten en nieuwe publicaties. Leden van Sovon krijgen Sovon-nieuws automatisch thuisgestuurd.