Steeds meer Kraanvogels
De Nederlandse broedpopulatie van de Kraanvogel groeit snel. In 2024 werden 70 paren waargenomen, waarvan er circa 53 een nest maakten. Mede dankzij het natte voorjaar brachten ze relatief veel jongen groot. Voor het netwerk van kraanvogelwaarnemers is het volgen van de populatie een steeds grotere uitdaging.
In 2024 werden 70 paren waargenomen, waarvan er circa 53 een nest maakten. Op de website kraanvogels.net doet Herman Feenstra verslag van de broedresultaten van Kraanvogels in Nederland. Hij coördineert een groep waarnemers die de broedpopulatie zo goed mogelijk in kaart brengt.
Goed jaar
Ten opzichte van het aantal van 50 paren in 2023 maakte het aantal Kraanvogels een flinke sprong. In het afgelopen voorjaar werden zeker 70 paren met een territorium vastgesteld. Niet alle paren gaan over tot nestbouw en leggen eieren. In 2024 werd bij circa 53 paren een nest gevonden. In totaal werden 66 kuikens geboren en 46 daarvan werden groot en vlogen uit. Daarmee komt het uitvliegsucces op 0,87 jong per gestart nest, een goed resultaat.
Nat voorjaar
Het succes van de Kraanvogels lijkt samen te hangen met de weersomstandigheden in het voorjaar. In de droge jaren 2018-2020 bracht slechts één op de vier nestelende paren een jong groot. Vanaf 2021 zijn de voorjaren weer natter geweest en lag het gemiddelde op 0,69 uitgevlogen jong per gestart nest. De overvloedige regenval in de winter van 2023/24 zorgde voor een hoge waterstand in veen- en heidegebieden waar Kraanvogels broeden. De eerste helft van de zomer was vaak koel en nat en de tweede helft vaak warm en droog. Door het wisselvallige weer kwamen er minder bezoekers in de meest kwetsbare periode en dat is gunstig voor paren en families Kraanvogels die zich vestigen, broeden of rondscharrelen met kuikens. Ook waren nesten vanwege de nattigheid minder goed bereikbaar voor roofdieren.
Veen- en heidegebieden
Het zwaartepunt van de verspreiding ligt in veen- en heidegebieden in Drenthe en Friesland. Gebieden in deze provincies waren goed voor 50 paren. De meeste daarvan waren te vinden in het Fochteloërveen (11), het Dwingelderveld (9) en het Drents-Friese Wold (9). Deze gebieden zijn nu zo dichtbevolkt met Kraanvogels, dat er steeds vaker geknokt wordt om nestplekken. De gevestigde paren proberen nieuwkomers met verjaagvluchten te verdrijven, een spectaculair gezicht. Ook in verschillende gebieden in Overijssel en Gelderland zijn Kraanvogels gevestigd. In de zuidelijke helft van Nederland zijn broedende vogels nog erg zeldzaam. In Noord-Brabant ging het om één paar.
Steeds uitdagender
Feenstra signaleert dat Kraanvogels broedplaatsen die ze in het verleden links lieten liggen nu wel gebruikten. Hier speelt mee dat steeds meer paren een nestplek proberen te bemachtigen en ook aan de iets minder goede plekken wennen. De verwachting is dat de komende jaren het aantal paren verder zal toenemen. Ook in beekdalen en andere natte natuurgebieden buiten de huidige bolwerken kunnen Kraanvogels zich gaan vestigen
Met deze uitbreiding wordt het steeds uitdagender om de populatie nauwkeurig te volgen, nieuwe paren kunnen over het hoofd worden gezien. Kraanvogelmeldingen kunnen worden doorgegeven aan info@kraanvogels.net.
Zeldzame broedvogels
De Kraanvogel is niet de enige soort die snel toeneemt en waarvan het steeds lastiger is om een compleet beeld te houden. Ook soorten als de Grote Zilverreiger, Oehoe, Zeearend en Pontische Meeuw verschijnen op steeds meer plekken. Gelukkig zijn er soortwerkgroepen die zich toeleggen op het bijhouden van de ontwikkelingen van deze soorten en hun overzichten delen met Sovon. Maar ga er niet voetstoots vanuit dat alle broedverdachte meldingen van zeldzame broedvogels bekend zijn bij deze organisaties. Meld daarom je waarnemingen van zeldzame broedvogels. De meldingen worden geheimgehouden, zodat de vogels ongestoord kunnen broeden.