Sperwers achter hun prooi aan
De grote trekgolf van Scandinavische zangvogels kwam dit jaar vrij laat op gang. Maar nu de kurk van de fles ging, moeten ook enkele predatoren haast maken.
Dat geldt bijvoorbeeld voor Sperwers. Ze volgen (net als Smellekens) de stroom van piepers, leeuweriken, vinken en andere soorten. Het zijn bij ons vooral Zweedse Sperwers die passeren. De trek piekt gewoonlijk half oktober, dit jaar echter wat later dan vorig jaar (gegevens trektellen.nl). Langs de Zuid-Hollandse en Zeeuwse kust kan het bij stuwing tot heel behoorlijke aantallen komen. Op De Vulkaan (Den Haag) en bij de Nolle (Vlissingen) zijn wel eens 300-400 trekkende Sperwers per dag gezien. In het binnenland is een dagtotaal van 100 normaliter al geweldig. Bij wijze van grote uitzondering werden op 19 oktober 2012 200-250 trekkers genoteerd op telposten bij Weert en Malden (Nijmegen).
Veel Zweedse vogels trekken door naar Zuidwest-Europa, een deel overwintert bij ons. De Nederlandse Sperwers zijn standvogel (volwassen exemplaren) of zwerven over meestal vrij korte afstand uit, soms echter tot in Spanje en Marokko (jonge vogels).