Broedpopulatie Purperreiger bereikt een hoogtepunt
2016 was een topjaar voor de Purperreiger. Met een totaal van bijna 950 paren in zo’n dertig kolonies steeg hun aantal opnieuw. Waarschijnlijk is dit een record, maar we houden een slag om de arm. Na een diep dal in de jaren 80 is deze reigersoort bezig met een flinke opmars.
De Purperreiger is een schaarse broedvogel in ons land die, net als zijn neef de Blauwe Reiger, in kolonies broedt. Het gaat al jarenlang goed met de soort, nadat de stand in de jaren 80 kelderde door grote droogte in de Sahel (figuur 1). Purperreigers overwinteren in deze groene zone tussen de Sahara en Tropisch Afrika. Als daar in de regentijd nauwelijks regen valt heeft dat direct consequenties voor de overlevingskans (minder voedsel) en daarmee op het aantal broedparen in ons land. Midden jaren 90 begon de Purperreiger op te veren uit het dal, dankzij nattere jaren in de Sahel en lokale biotoopverbetering in Nederland. De magische 900 van de jaren 70 was echter nog niet in zicht, tot er dit jaar 947 paren werden geteld. Een hoogtepunt! We spreken van een mógelijk recordjaar, omdat we niet weten hoe volledig de schattingen uit 1971 en 1977 waren.
Figuur 1. Aantal broedparen per jaar
Moerasgebieden en veenslootjes
De grootste kolonies bevinden zich in moerasgebieden in Zuid-Holland: in de Boezems van Kinderdijk (216), de Zouweboezem bij Ameide (209) en de Nieuwkoopse Plassen (133). Aan deze drie is de toename in 2016 bijna geheel te danken. De tellers van de Zouweboezem en Kinderdijk schrijven de hogere aantallen vooral toe aan de goede winteroverleving. ‘Het riet is bijvoorbeeld niet verbeterd. Er zijn gewoon veel reigers teruggekomen. We vonden ook nesten in wilgen en op andere nieuwe plekken’, zegt teller Corné Stam van de Kinderdijkse kolonie. René Garskamp, beheerder van de Zouweboezem, beaamt die indruk. De Purperreigers van deze kolonies foerageren in het dichte netwerk van veenslootjes nabij de kolonies. Daar komen modderkruipers voor, het hoofdvoedsel van de reigers.