Een stroom van zwijgende Gaaien
Eens in de zoveel jaren is het zover: een invasie van Gaaien. Dit najaar heeft al bijzondere momenten opgeleverd op de trektelposten en daarbuiten, met ongekende aantallen.
Gaaien op trek zijn een koddig maar ook indrukwekkend gezicht. Je ziet gewoon dat ze gemaakt zijn om van boom tot boom te vliegen, en niet voor de lange afstanden. Als ze voor hen enge barrières moeten oversteken - grote wateren, open landschap - gaan ze meteen de hoogte in. Vaak een ketting vormend, met flinke onderlinge afstand, zwoegen ze enigszins onbeholpen voort. Sommige met proviand bij zich in de vorm van een eikeltje.
Invasiejaren
Massale trek van Gaaien, ingegeven door voedselgebrek, is betrekkelijk schaars. Bekende invasiejaren zijn die van 1983, 1996 en 2010. De betrokken vogels zijn veelal afkomstig uit Midden-Europa en houden (aanvankelijk) een nogal noordwestelijke koers aan. Op locaties waar ze geconfronteerd worden met onaantrekkelijk terrein, volgen ze vaak lokale bosjes en singels om de oversteek zo lang mogelijk uit te stellen. Afwijkende vliegrichtingen zijn het gevolg. Na enkele dagen met goede trek lijkt er bovendien verwarring op te treden onder de trekkers. In ieder geval is het niet ongewoon om 'spijtoptanten' in omgekeerde richting (naar het zuiden of zuidoosten) te zien vliegen.
Invasie 2019
De invasie van 2019 was half september goed merkbaar in het uiterste zuidoosten van het land. Een week later was het front tot halverwege Nederland gevorderd. Het kaartje van Trektellen.nl laat goed zien dat de hoogste aantallen zijn genoteerd op de overgang van de hoge naar de lage delen van Nederland (en België). (Houd er wel rekening mee dat niet op alle telposten even lang geteld is, wat voor enige vertekening kan zorgen) De grootste groepen telden rond de 80 vogels.
Ongewone aantallen
Op drie achtereenvolgende dagen zijn aantallen van rond de 2000 Gaaien op een telpost geturfd: op 20 september (1844 Eldrik bij Doesburg), 21 september (1878 Hazewater Amersfoort) en 22 september (2063 Blauwe Kamer bij Rhenen). Op zulke plekken zal lokale verdichting van de trekstroom zijn opgetreden. Het zijn voor Nederland uitzonderlijke aantallen. De maxima in de database van Trektellen.nl uit 2004 (726 bij Malden) en 2010 (1178 De Hamert) liggen een stuk lager.
Indrukwekkend
Hoe dan ook was het voor iedereen die dit weekend buiten was en wat van de gaaientrek meekreeg een bijzondere ervaring. Begunstigd door het geweldige weer (zonnig, helder, rustig) was het genieten geblazen. Zelfs geharde trektellers waren onder de indruk. 'Armada's zwijgende Gaaien van de Grebbeberg af naar oost of, ver in het westen, naar zuid' (telpost Blauwe Kamer), 'een ongelooflijke stroom Gaaien westwaarts' (Doesburg). We zijn benieuwd of er nog een nastoot volgt.