Onderzoek naar problemen sterk bedreigde roofvogel
Drie paartjes, dat is alles wat er nog over is van de Blauwe Kiekendieven in ons land. Waar de Bruine Kiekendief het nog best redelijk doet en de Grauwe Kiekendief effectief wordt beschermd, dreigt de Blauwe Kiekendief binnenkort te verdwijnen uit Nederland.
Het monitoren van de lotgevallen van Blauwe Kiekendieven is van groot belang. Daarom kregen drie jonge vogels op Texel en drie op Terschelling onlangs een zendertje op de rug. Ook in de afgelopen jaren zijn jonge kiekendieven van zo’n zendertje voorzien. “Vijftig jaar geleden zag ik de eerste Blauwe Kiekendieven op Texel komen”, herinnert Lieuwe Dijksen van Sovon zich. “Nu kijk ik misschien wel naar de laatste vogels die hier uitvliegen.”
Sovon zet zich samen met onderzoekers van Grauwe Kiekendief-Kenniscentrum Akkervogels en Vogelbescherming Nederland al geruime tijd in om via onderzoek, waaronder het zenderen, zo veel mogelijk te leren van deze vogels. Dit is mogelijk gemaakt met financiële steun uit het programma Wij&Wadvogels.
Zenderonderzoek
Op het enige nest dat dit jaar op Texel werd gevonden, hebben drie van de vijf mannelijke kuikens vorige week een zendertje op de rug gekregen. Het jongste kuiken, een vrouwtje, was op dat moment al verdwenen. “Met die zenders kunnen we de uitvliegende jongen volgen”, zegt Almut Schlaich van het Kenniscentrum. “Je hoopt ze natuurlijk heel lang te volgen, maar de ervaring van de afgelopen jaren leert dat heel veel jonge vogels al in de eerste levensmaanden sterven. Via de zenders kunnen we heel goed in de gaten houden waar en wanneer dat gebeurt. Door de vogels dan zo snel mogelijk op te zoeken, hopen we ook te leren waaraan de jonge vogels sterven.”
Geen last van zenders
Het zenderonderzoek van de afgelopen jaren heeft uitgewezen dat de geringe overleving van de jonge vogels een groot probleem is voor het voortbestaan van de populatie. Blauwe Kiekendieven overwinteren in Nederland en ook in zuidelijk Europa. “In de winter verblijven ze vooral in het boerenland”, vertelt Schlaich. “En daar vinden de vogels waarschijnlijk gewoon niet genoeg voedsel, want de zendervogels die we dood terugvinden, zijn bijna allemaal sterk verzwakt en daardoor ook vatbaar voor ziekten als vogelgriep of ‘het geel’.”
Schlaich sluit uit dat het zenderonderzoek zelf een ongewilde rol speelt in de sterfte van de vogels. “Ook jongen die alleen een kleurring om de poot hebben gekregen zien we niet terugkeren in de broedgebieden. En ook uit onderzoek in het buitenland weten we dat jonge vogels geen hinder ondervinden van de zenders.”
Neem bescherming serieus
De Blauwe Kiekendief komt pas sinds de jaren zestig in serieuze aantallen als broedvogel voor in Nederland, met een piek van ruim honderd paartjes in de jaren negentig, voornamelijk op de Waddeneilanden. Zo snel als ze kwamen, verdwijnen ze nu ook weer. “Toch willen we de Blauwe Kiekendief behouden als Nederlandse broedvogel”, zegt Ruud van Beusekom van Vogelbescherming Nederland. “In heel Noordwest-Europa heeft de blauwe kiekendief het zwaar en gaan de aantallen achteruit. Er sterven te veel jonge Blauwe Kiekendieven in hun eerste levensjaar en het lijkt er sterk op dat er te weinig voedsel te vinden is in het huidige intensieve boerenland, waar de biodiversiteit zo sterk is verarmd. Door de zenders hopen we meer te weten over welke problemen juist de kiekendieven ondervinden.” Vogelbescherming Nederland werkt aan een beschermingsplan met als doel (minstens) twintig broedparen in 2030. In het beleidsplan wordt ingezet op een gevarieerd duinlandschap met een rijk voedselaanbod en maatregelen in het boerenland om het voedselaanbod te vergroten.