Inventarisatieprotocol BMP-broedvogeltellingen

Lees voor je mee gaat doen aan het BMP altijd de Handleiding Sovon broedvogels: BMP & kolonievogels door.

Uitvoering

Bij het uitvoeren van broedvogeltellingen voor het Broedvogel Monitoring Project (BMP) staat het doen van waarnemingen van zich territoriaal gedragende vogels (zang, balts e.d.) centraal. Op pagina 17 van de Handleiding staat “Actief nesten zoeken is vooral bij zangvogels onnodig en ongewenst.” Daarmee is een belangrijke potentiële verstoringsbron te niet gedaan.

Van de paden? Vergunning!

Een BMP-telling wordt zoveel als mogelijk uitgevoerd vanaf openbare wegen en paden. De aanwezigheid van een teller aldaar zal dezelfde geringe mate van verstoring geven als die van reguliere wandelaars of fietsers. In onoverzichtelijke en grote telgebieden kan het omwille van de kwaliteit van de telling noodzakelijk zijn om zich buiten openbare paden of wegen te begeven. In de meeste gebieden dient de teller daartoe vooraf van de terreineigenaar een betredingsvergunning ontvangen te hebben. Deze vergunning bevat onder meer gedragsregels die tot doel hebben eventuele verstoring van vogels en andere natuurwaarden tot een minimum te beperken. Houd je altijd aan de in deze vergunning verstrekte richtlijnen en zorg dat je een kopie van de vergunning bij je draagt in het veld.

Nestentelling

Bij ganzen, roofvogels, Ooievaar, Gierzwaluw, Boerenzwaluw, Kauw en Spreeuw is het uitvoeren van een nestentelling een optie. Daarbij is het zaak eventuele verstoring tot een minimum te beperken. Gedraag je altijd rustig, ga niet rennen, schreeuwen e.d. De kans op verstoring bij broedvogels van gebouwen is relatief gering, die zijn menselijke aanwezigheid immers gewoon. Voor alle eventueel middels een nestentelling te inventariseren soorten gelden de volgende voorzorgsmaatregelen:

  • Tel in de best mogelijke tijd van het jaar. Die vind je voor elke soort onder de “inventarisatierichtlijnen” op de vogelinfo-pagina op de website. Houd je aan deze periode. Daardoor kan worden voorkomen dat de telling nog een keer herhaald moet worden.
  • Tel niet vaker dan nodig is. Een of twee nestentellingen zijn voldoende.
  • Tel niet bij ongunstige weersomstandigheden zoals koud weer, in de regen of bij extreme warmte.
  • Treuzel niet bij een nestentelling. Ga niet uitgebreid nesten of kuikens fotograferen. Oudervogels moeten dan langer wachten om terug te keren.
  • Bezoek een nest niet twee keer kort na elkaar.

Geluid afspelen

Bij enkele specifieke soorten is het afspelen van geluid (baltsroep e.d.) een relevant hulpmiddel om territoria vast te stellen. Bekend is dat dit een risico op verstoring met zich meebrengt. Daarom wordt in de Handleiding de volgende voorwaarde aan het gebruik van geluidsdragers gesteld: “Let op eventuele vogelreacties en stop dan met geluidsweergave, zeker bij een felle reactie. Veelvuldig en langdurig afspelen kan verstoren en wordt sterk afgeraden.”

Automatische identificatie-apps

Automatische identificatie-apps die vogelgeluiden of -foto’s gebruiken om soorten te identificeren worden steeds populairder en nauwkeuriger. Apps zoals Merlin en BirdNET worden veelvuldig gebruikt voor vogelidentificatie met geluid en zijn zeer waardevol voor het leren herkennen van vogelgeluiden.

Merlin en BirdNET worden steeds beter in het herkennen van vogelgeluiden. Toch gebeurt het nog geregeld dat de apps de plank mis slaan. De apps herkennen de ene soort beter dan de andere en sommige soorten worden door de apps gemakkelijk met elkaar verward. De uitkomsten van deze apps kunnen dus niet zomaar voor waar worden aangenomen. Daarom vragen we aan BMP-tellers om de uitkomst van een app-identificatie alleen in te voeren als de vogel ook door de waarnemer zelf gezien of gehoord is, en de uitkomst van de app dus is bevestigd. Bij twijfel aan de app-uitkomst is dus het credo: voer de waarneming niet in. Met andere woorden: als de app een Grauwe Vliegenvanger meent te horen, dan verlangen we dat je de vogel zelf ook hebt gezien en/of gehoord. Is dat niet het geval: voer de waarneming dan niet in.

Vanaf broedseizoen 2025 gaan we alle BMP-ers vragen of ze gebruik maken van herkenningsapps in het veld. Zo kunnen we het effect van het gebruik van de apps op onze trends beter in beeld krijgen. Heb je vragen over het gebruik van herkenningsapps? Stuur een mailtje naar broedvogels@sovon.nl.