Pluimvee dichtbij watervogels grotere kans op vogelgriep

Pluimveebedrijven die dichtbij waterrijke gebieden met watervogels liggen hebben meer kans op besmetting met vogelgriep. Dat blijkt uit een analyse van de Wageningen Universiteit (WUR), waarbij watervogeltellingen van Sovon werden gebruikt. Tellingen worden steeds vaker gebruikt bij risico-inschattingen van vogelziektes.

Naarmate de afstand tussen een pluimveebedrijf en sloten, kanalen en plassen kleiner wordt, neemt het risico op besmetting met laag-pathogene vogelgriepvirussen toe. Bedrijven die dichtbij waterrijke gebieden met eenden, ganzen, zwanen, koeten en meeuwen liggen, lopen eveneens een grotere kans op besmetting. Dat komt doordat de kans op contact met (uitwerpselen van) wilde vogels met dit virus groter wordt.

Vogelgriep

In de afgelopen vijf jaar was er twee keer sprake van de uitbraak van een hoog-pathogeen vogelgriep in Nederland. Zo’n gemuteerde variant is dodelijk voor pluimvee en soms ook voor wilde watervogels. Sovon verzamelde bij deze uitbraken meldingen van dode watervogels en hielp mee bij de risico-inschatting. De gegevens uit het watervogelproject waren ook belangrijk, omdat die laten zien waar en wanneer welke soorten verblijven.

Geef dode vogels door

Steeds vaker worden vogelgegevens gebruikt bij het maken van risico-inschattingen voor vogelpopulaties, gehouden dieren en mensen. En we kijken verder dan alleen vogelgriep. Zo monitort Sovon samen met DWHC de uitbraak van het Usutu-virus onder Merels en de uitbraak Trichomas (het Geel) onder Groenlingen. Mensen die een dode of ernstig verzwakte vogel vinden, kunnen deze melden via: sovon.nl/dodevogels