Grote variatie in hoe steltlopers zorgtaken delen

Veel vogelsoorten hebben een duidelijke taakverdeling bij het broeden: uitsluitend het vrouwtje zit op het nest. Bij de meeste steltlopers zijn de taken echter verdeeld en broeden zowel het mannetje als het vrouwtje. Onderzoek laat zien dat de verdeling lijkt te worden bepaald door de strategie om predatie te voorkomen. De resultaten zijn gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Nature

Wanneer zit het vrouwtje op het nest, wanneer het mannetje en hoe lang? Oftewel, hoe verdelen de ouderparen van de verschillende steltlopersoorten nu precies de taken? Om dit te achterhalen verzamelde onderzoeker Martin Bulla (Max Planck Instituut) gegevens van verschillende soorten, waaronder de Tureluur (Wim Tijsen), de Scholekster (Adriaan Dokter & Bruno Ens) en de Grutto (Jos Hooijmijer & Theunis Piersma). In totaal leverde dit gegevens op van 729 nesten van 32 verschillende soorten.

Variatie

Patronen bleken tussen de soorten sterk te verschillen, zelfs onder vergelijkbare omstandigheden. Er is een enorme variatie in aflossingsgedrag tussen soorten. Sommige oudervogels broeden 19 uur achter elkaar (soms zelfs 50 uur), terwijl anderen na een uurtje alweer stopten. Deze variatie blijkt te maken te hebben met hoe de ouders proberen te voorkomen dat hun kroost wordt opgegeten door een predator.

Relatie predatie

Soorten die proberen niet ontdekt te worden tijdens het broeden, zoals de Tureluur, blijven heel lang achter elkaar zitten. Zolang de goed gecamoufleerde broedende oudervogel stil blijft zitten, is de kans op ontdekking immers klein. Vogels die actief hun vijanden verjagen, wisselen elkaar juist vaak af. Een typisch voorbeeld is de Scholekster, die predatoren probeert weg te lokken of te verjagen.

Scholeksters doen geen moeite om niet op te vallen tijdens het broeden en lossen elkaar regelmatig af | Harvey van Diek