Aankomst Fluiters op broedplaats

De aankomst van Fluiters is altijd een magisch moment voor vogelaars. Die parelende zang in het bijna oogverblindend groene bos...kippenvel!

Maar de Fluiter is ook een wat ongrijpbare soort. Dat de aantallen van jaar tot jaar enorm kunnen verschillen en dat veel mannetjes ongepaard kunnen blijven, is al heel lang bekend. Maar het is nog steeds niet helemaal duidelijk waardoor dat veroorzaakt wordt en in hoeverre dat bijvoorbeeld zijn uitwerking heeft op het broedsucces. Daar zit maar één ding op: onderzoeken, het veld in.

Intensieve studie

Rob Bijlsma kijkt al tientallen jaren met meer dan gemiddelde belangstelling naar Fluiters. Zo schreef hij verschillende artikelen over de broedbiologie, waaronder deze bijdrage. Momenteel heeft ook de fenologie zijn speciale aandacht. Door 'gewoon'  heel erg goed naar zijn Fluiters te kijken ontdekte hij boeiende fenomenen. Onderzoek dat in principe niet meer kost dan veel toewijding en een scherp observatievermogen.

Jaarverschillen

In de jaren 2011-13 vestigden zich 12, 34 resp. 23 territoriale Fluiters in zijn Drentse onderzoeksgebied. Hiervan raakte 58%, 35% resp. 70% gepaard. De aankomst verliep in het ene jaar bijna synchroon (2011), in andere jaren vestigden zich tot half juni nog zingende mannetjes, misschien vogels die eerder elders mislukten.

De vrouwtjes kwamen per jaar gemiddeld 2-17 dagen later aan dan de mannetjes. Het aantal dagen tussen hun mediane aankomst en de eerste eilegdatum bedroeg in de verschillende jaren 7, 13 en 24 dagen.

Aankomst en apriltemperatuur

Je zou het niet meteen verwachten bij een soort die diep in Afrika overwintert. Maar toch: de temperatuur in april leek van invloed op de aankomst van de Fluiters. Wat dit betreft is 2014, met zijn vele warme dagen, een mooie nieuwe testcase.

Artikel

De bevindingen van Rob verschijnen binnenkort in het tijdschrift Drentse Vogels, naast vele andere interessante bijdragen. Lees hier het artikel.  Drentse Vogels is het tijdschrift van de Werkgroep Avifauna Drenthe.